Poepdure koffie & arrival in paradise

8 augustus 2017 - Borobudur, Indonesië

Na vier keer Allahoe Akbar en twee keer Ashadoe ella ilaha illalah ben ik om 5.45 uur klaarwakker. Ik dommel verder tot 6 uur en zwaai mijn benen uit bed. Snel douchen, en we zitten met z’n allen om 7 uur aan de ontbijttafel. De nasi goreng en omelet worden vers voor ons bereid, want de andere gasten slapen nog. Iets met vakantie.

Om 8 uur stappen we bij Tofik in de auto en rijden we Pangandaran uit. We rijden langs een groot stuk land waarop geen huizen (meer) staan. Op 17 juli 2006 veroorzaakt een aardbeving van 7.2 op de schaal van Richter op 240 kilometer voor de kust van Java een tsunami, die 400 meter landinwaarts raast. De eerste grote golf van drie meter hoog doet op dit stuk land zijn verwoestende werking. De golven die daarna komen teisteren het strand over een breedte van 400 tot 500 meter. Bewoners en toeristen worden verrast, geen enkele waarschuwing heeft hen bereikt. Er sterven 550 mensen, 50.000 raken dakloos. Tot ver in centraal Java is er schade. Pangandaran behoort tot de zwaarst getroffen plekken. De simpele eet- en drinkhutjes op het strand worden weggevaagd – hotels en restaurants zwaar beschadigd.

Na de tsunami in 2004 is het waarschuwingssysteem in de steigers gezet maar zeker nog niet overal goed werkend. In Pangandaran, Cilacap en Kebumen staan niet genoeg luidsprekers en sirenes om iedereen te waarschuwen (waar de regering in Jakarta trouwens heel goed van op de hoogte was). En ondanks dat iedereen door de tsunami is verrast en het tsunami-waarschuwingssysteem niet werkt, weten gelukkig veel inwoners naar de heuvels in het binnenland te vluchten. Het had veel erger kunnen zijn. De dreiging van een nieuwe tsunami is nog altijd reëel. Er zijn in totaal vier tektonische platen in de buurt van Indonesië. Java ligt vlakbij de breuklijn tussen twee hiervan.

Best wel onder de indruk van de feiten (aangevuld door te googlen op internet), rijden we verder. 3.296 bochten en een veelvoud daarvan aan hobbels en kuilen verder, strekken we de benen en pauzeren we in een klein tentje met thee (met suiker, want vergeten te zeggen dat we dat niet willen), kopi tubruk (ook met suiker, aduh) en rempejek (kroepoek met pinda’s en lemongrass). Voordat we verder rijden bezoekt iedereen de kamar kecil en vervolgen we onze weg naar ons volgende hotel, Rumah Dharma. Het ligt op zo’n 500 meter van de Borobudur.

Het middaguur breekt bijna aan en we doen een restaurant in Banyumas (wie kent het niet) aan. Ries en ik bestellen sop ayam kampung bij de allerliefste serveerster die vier woorden Engels spreekt (yes, no, mister en goodbye). We vragen of sop (dat klanktechnisch toch best op soep lijkt) hetzelfde is als soto. ‘No, is sop’. Owkeeej. We gokken het erop. Merijn neemt gebakken kip met nasi putih en Tygo fried chicken. Tien minuten later worden twee dampende kommen soep opgediend, die zeker met de sambal pedas nog lekkerder smaakt.

Met de buikjes vol rijden we verder. We hebben nog zo’n drie uur voor de boeg. Vlak voor we bij het hotel zijn, doen we een kleine koffieproducent aan. Ze maken geen gewone koffie, maar kopi luwak, de koning onder de koffie, de kaviaar onder de koffiesoorten en de duurste ter wereld.

De koffieplant – de Arabica (groeit tussen de 1.000 en 2.000 meter met een aromatische en milde, licht fris-zure smaak) of de Robusta (groeit van zeeniveau tot een hoogte van 700 meter, stevig van smaak) krijgt bessen waarin twee pitten zitten, de koffiebonen. Als de koffiebessen rijp zijn worden ze gegeten door de luwak, een beestje dat wat weg heeft van een das en een kat. Ze noemen hem ook wel palmroller of koffierat en is een civetkatachtige die van oorsprong voorkomt in Pakistan, India, Zuid-China en Zuidoost-Azië. Hij heeft een spitse snuit en leeft ’s nachts. Luwaks leven in tropische regenwouden en bossen, vaak grenzend aan landbouwgebieden.

De luwak is dol op het vruchtvlees van de koffiebes en heeft een ontzettend goed reukvermogen. Hij vindt en eet precies die koffiebessen die net rijp genoeg zijn om van de boom te vallen maar nog net niet gevallen zijn. Hij verteert alleen het vruchtvlees, niet de pitten (koffiebonen) en de schil die om de boon zit. Die gaan gewoon door het maag-darmkanaal. Door fermentatie krijgt de koffieboon zijn bijzondere smaak. De uitwerpselen van de luwak worden vier tot zeven dagen gedroogd en daarna gewassen. De schil wordt verwijderd en de bonen worden met de hand gesorteerd. Hierna worden de bonen licht geroosterd om zoveel mogelijk van het natuurlijke aroma te behouden.

Van oudsher verzamelen de lokale dorpelingen de uitwerpselen van de luwak in het koffieseizoen. Dat is een arbeidsintensieve klus, en dat is mede waarom de koffie zo duur en exclusief is. Wat we bij deze kleine koffieproducent aantreffen is niet zo authentiek en exclusief  in mijn ogen. De civetkatten, normaal gesproken levend in het wild en erg schuw, liggen in hokken te slapen. Op zich niet zo gek omdat het nachtdieren zijn. Ze lijken ook niet gestrest (dat lees je over civetkatten die worden gehouden voor de koffieproductie), maar eerder obese. Ze zijn echt hartstikke dik. Overvoerd met bananen zegt het meisje dat ons rondleidt. Ik vermoed een eenzijdig dieet van koffiebonen, bananen, koffiebonen en bananen. Eentje ligt lekker relaxt te slapen in de zon, wordt even later wakker en kijkt loom de wereld in. Als je het vergelijkt met de kippen bij ons, zijn dit de scharrelkippen met slechts  één vrije-uitloop-civet in het gezelschap. The lucky one.

We drinken alle vier een kopje kopi luwak van Arabicabonen, à 25.000 roepiahs (€ 3,50) per stuk. We proberen of we de specifieke smaken als aard-achtig, mossig, siroopachtig, zacht & rijk, fris & zoet, met een vleugje chocolade kunnen proeven. Tja. Niet echt. Ik vind het gewoon een lekker sterk bakkie. En geen € 320 per kilo waard. De koffie tubruk die ik vanochtend dronk vond ik minstens zo lekker. De kids hebben de voorkeur voor de grote pot met zelfgemaakte aardappelchips die op tafel staat.

We zwaaien naar de huiscivetkat en steken daarna de straat over. Daar staat een kleine boeddhistische tempel die bij de Borobudur hoort, Candi Pawon. Hij staat tussen twee andere boeddhistische tempels, de Borobudur (1,75 kilometer naar het noordoosten) en Mendut (1,15 kilometer naar het zuidwesten). De drie tempels zijn in een rechte lijn ten opzichte van elkaar gebouwd, waardoor er hoogstwaarschijnlijk een symbolische betekenis aan verbonden is. Men denkt dat deze tempel werd gebruikt voor het zuiveren van de geest voordat men de Borobudur kon betreden.

Tofik start de bus weer en vijf minuten later arriveren we in het paradijs…. Tussen de sawa’s staat een klein complex met acht bungalows, in een prachtige tuin, met een klaterende waterval en een uitnodigend zwembad. En wat een hartelijke ontvangst: een heel team van enthousiaste jonge mannen heten ons welkom, met een zelfgemaakt drankje van rozensiroop, gember en limoen. Ries’ maag is na tien minuten helemaal op orde. Dat recept hadden we eerder moeten hebben! We weten niet waar we moeten kijken, zo mooi is het hier. Het is iets na vieren, en de zon begint in sterkte af te nemen. Als we naar links kijken, zien we in de verte het topje van de Borobudur in de avondzon. Langzaam verdwijnt de zon achter de wolken en daarna achter de Borobudur.

Met een Bintang op ons terras genieten we van de rust, het uitzicht en de aangename warmte. Om 19.00 uur eten we in het restaurant van het hotel, met smaakvolle soep vooraf (met zo’n Chinese lepel waar we vroeger altijd soep mee aten bij jullie, oom Raoul!), daarna aubergine, eieren met groenten in een kokoscurry, boontjes en worteltjes, saté ayam en natuurlijk nasi putih. Enak, enak! Als toet kunnen we kiezen uit kwarktaart, verse mango en chocolade-pindataart, geserveerd met koffie of jasmijnthee. Morgen eten we dus weer hier ,-)

Luisterend naar de klaterende waterval worden de oogleden steeds zwaarder. De jongens gaan eerst op bed, maar wij volgen al snel. Maar niet eerst voordat we uitgebreid gedoucht hebben onder de regendouche. Overdag met uitkijk over de sawa’s – nu geniet ik van de warme stralen met mijn ogen dicht.

Selemat malam!

Foto’s

4 Reacties

  1. Robbie:
    8 augustus 2017
    wat weer een mooi verslag,en de foto,s.geweldig genieten van de luwak koffie.
    slaap lekker,tot morgen.
  2. Liesbeth:
    8 augustus 2017
    Prachtige verhalen! X
  3. Gina Klap:
    9 augustus 2017
    De koffie komt me bekend voor, jammer dat je er zo weinig van proeft. Prachtige foto's. Morgen naar de Borobudur? Veel plezier.
  4. Robbie:
    9 augustus 2017
    wat weer een mooi verslag en prachtige foto.s.
    beterschap met de darmen.